Het thema van deze periode voor eigen blik was 'alter ego', met het idee dat je een alter ego creëerde vanuit wie je werk zou gaan maken. Om een idee te krijgen van wie dit alter ego zou kunnen zijn, begonnen we met elkaar in tweetallen te interviewen. Ik deed dit samen met Evi, en zij noteerde de punten die er uit dit interview kwamen. 

Voor de volgende les was het de bedoeling dat je een verzameling aan beelden/objecten etc. mee zou nemen die jouw alter ego inspireerden. Ik had alleen veel moeite met een alter ego bedenken en was dus tegen de les nog niet zo ver dat ik wist wat voor mijn alter ego inspirerend zou kunnen zijn. Daarom ben ik vrij random dingen gaan verzamelen die mij zelf inspireerden zodat ik in ieder geval iets te bespreken zou hebben in de les, en daar vervolgens verder mee kon. 

Ik had zelf wel een vaag idee voor een alter ego dat ik voorlegde aan een aantal klasgenoten en de docent, die mij feedback gaven. Dit idee was dat mijn alter ego vooral heel groot werk maakte omdat ik dat altijd wil doen maar me er toch nooit toe zet. Hier werd wel positief op gereageerd, dus vanuit daar ben ik verder gaan denken. 

Ik kreeg verder ook als feedback op mijn verzameling dat er veel kleuren in het werk zaten en dat er vaak klassieke aspecten terug kwamen. 

Het was ook de bedoeling dat we in deze gesprekken elkaar allemaal een 'challenge' gaven die we voor volgende week uit zouden voeren. Ik kreeg de challenge om groot, kleurrijk werk te maken.

In de les presenteerde ik mijn alter ego aan de klas aan de hand van drie statements. 

- Maakt nooit werk dat kleiner is dan A3 formaat.

- Moet vanwege dit formaat heel fysiek en actief werken.

- Werkt met verschillende materialen en kleuren.

Ik vertelde haar naam er niet bij. Na de presentatie stelde de klas vragen over mijn alter ego waar ik geen antwoord op mocht geven. Vragen die ik heb opgeschreven zijn:

- Met welke materialen werkt ze?

- Is er een maximaal formaat en zo ja wat?

- Wat schildert ze het liefst?

- Hoe zou klein werk eruit zien?
- Werkt ze binnen of buiten/ in wat voor omgeving werkt ze?

- In wat voor omgeving leeft ze?

- Werkt ze serieus en strak of meer zwierderig en dansend?

- Is haar werk abstract of realistisch?

- Wat zijn haar favoriete kunstenaars?

- Waarom werkt ze groot?

- Is het werk tijdelijk of permanent?

- Kalmte of chaos?

In de hierop volgende week is mijn alter ego steeds verder uitgekristalliseerd. Ze maakt inderdaad groot werk, en omdat ze groot werkt moet ze hier haar lichaam echt voor gebruiken. Ze draagt over het algemeen wijdere broeken of rokken om vrij te kunnen bewegen, maar strakkere topjes zodat de stof daarvan niet in de weg zit. Haar haar heeft ze meestal in een knot/ het is kort zodat ook dat niet in de weg zit. Ook kreeg ze aan het eind van de week een naam, Manon, maar die gebruikt ze verder niet vaak en is ook meer persoonlijk en symbolisch. 

Mijn alter ego maakte in deze week twee werken aan de hand van de challenge. Beide waren op papier van A2 formaat, met grote kwasten en acrylverf, tegen de muur. 

De afbeeldingen hebben niet zozeer een betekenis, ik (Manon/Terra?) schilderde gewoon het eerste wat er in me op kwam. Het eerste werk had ik eerst gesigneerd met 'Manon' maar dat voelde niet goed dus heb ik het weer weg gehaald. Dit symboliseerde voor mij dat mijn alter ego niet zozeer werkt om eer en erkenning van anderen te krijgen, maar vanuit passie, plezier en gewoon omdat ze het wil.

Vervolgens heb ik de schilderijen die ik had gemaakt bij mijn tafel tegen de muur gehangen en hebben we ze weer in een groepje besproken. Hoewel de werken groot leken toen ze in mijn kamer hingen, leken ze op de academie ineens helemaal niet zo groot meer. Dit zei ik en hier kwam weer een nieuwe challenge uit voort: Maak nog groter werk en experimenteer met verschillend materiaal.

Ik begon op dit punt wat moeite te krijgen met aan eigen blik werken, waardoor op school, voor de les mijn volgende werk maakte. Dit keer plakte twee A2 vellen aan elkaar, waardoor ik groter kon werken (op A1 formaat dus). Ik had hier echt geen idee wat ik aan het doen was en liet het allemaal maar gebeuren.

Toen ik klaar was met dit werk was ik er eigenlijk helemaal niet tevreden over, maar als ik terug kijk vind ik het toch wel mooi. Ik denk dat het grootste probleem was dat op school werken gewoon niet werkt voor dit vak. Hier was ik namelijk omringd door klasgenoten, die Terra kennen en niet mijn alter ego. Daarom werd ik steeds als Terra aangesproken waardoor ik haar niet echt kon 'worden'. 

Dit werk is hier overigens eigenlijk op zijn kop afgebeeld, maar zo vind ik het mooier. 

Nadat ik dit werk heb gemaakt heb ik een tijd een beetje stil gestaan met dit project. Dit kwam doordat mijn alter ego in mijn hoofd steeds meer een betere versie van mij was en ik bedacht dat die versie waarschijnlijk neer zou kijken op Terra. Dat maakte het best raar en confronterend om haar te 'worden'. 
Ik had in deze periode ook af en toe wel ideeën, maar werkte ze nooit echt uit. 

In de les presenteerde ik mijn werk en mijn alter ego aan de klas. Ik legde uit waar ik tegenaan liep met mijn alter ego en dat ik het gevoel had dat ik nog niet genoeg een stijl voor haar had gevonden. Mijn klasgenoten mochten vervolgens vragen stellen. Ook schreef iedereen wat feedback op een papiertje. De belangrijkste punten van deze feedback waren:

- experimenteer met andere materialen, technieken en kleuren

- werk nog groter, werk in extremen

- zoek inspiratiebronnen voor je alter ego (favoriete kunstenaars etc.)

- misschien experimenteert het alter ego vooral, dan is één vaste stijl niet belangrijk

- jij bent je alter ego, dat je alter ego op je neer kijkt betekent dat je als kunstenaar aan het groeien bent

- plaats je alter ego in een omgeving waar zij de 'kleinere' persoon is

- tekst verwerken in de beelden

- nadenken over het leven van mijn alter ego buiten haar kunst

- speel met het concept grootte

Ik heb mezelf na dit feedbackmoment een nieuwe challenge gegeven: Ben een week lang elke dag voor een periode je alter ego en maak iets. Ik heb ook elke dag een foto van mezelf genomen als mijn alter ego, om (ook aan de hand van de feedback) voor mezelf helder te houden dat zij en ik de zelfde persoon zijn.

Ik begon door weer met de zelfde mediums (papier en acrylverf) aan de slag te gaan. Ik pakte weer een vel van A2 formaat en begon er vrij random vormen op te schilderen in allerlei kleuren. Dit was veel preciezer werk dan ik tot nu toe had gedaan, maar het idee dat ik mijn lichaam moet gebruiken als ik werk vanuit mijn alter ego, gold hier nog steeds. Ik had het papier namelijk op de grond gelegd, waardoor het schilderen bijna een soort yoga werd. 

Op de vijfde dag van mijn challenge ben ik vooral gaan reflecteren op mijn alter ego en hoe deze in verhouding staat tot mijzelf en mijn vroegere zelf. Ik had namelijk tijdens het schilderen van het vorige werk best wat tijd om na te denken, en ik realiseerde me dat wat ik met dit project aan het doen was eigenlijk helemaal niet nieuw was voor mij. Aan de hand van die gedachten heb ik een aantal verschillende dingen opgezocht die ik eerder had gemaakt, en die aansluiten op wat mijn alter ego maakt. 

Omdat ik dit heel vaak als feedback had gehad en ik het ook heel goed vond aansluiten bij de verzameling aan inspiratiebronnen die ik in de tweede les had meegenomen, ben ik op dag 6 gaan werken met tekst. Ik heb hiervoor een gedicht/tekst geschreven over een zonsondergang die ik in de trein had meegemaakt. Het onderwerp past ook bij mijn alter ego omdat een zonsondergang een van de grootste kleurrijke dingen is die je in het dagelijks leven ziet.

De tekst:

"Ik zit in de trein, starend naar de lucht, en ik moet bijna huilen. 

Het pure goud van een ondergaande zon, zo mooi dat het pijn doet.

Er zitten 3 andere mensen in mijn coupé.

Alle 3 in hun eigen wereld, ze wrijven over stukjes glas.

Ik wil opstaan en schreeuwen dat ze naar buiten moeten kijken.

Wat is er met ze aan de hand?

Ik zit binnen, in mijn eigen wereld, ik wrijf over glas.

Wat is er met me aan de hand?"

Ik heb deze tekst vervolgens op verschillende manieren opgeschreven.

Ook hier heb ik ervoor gekozen alles (behalve het digitale beeld) op A2/A3 formaat te doen. Ook heb ik bij de eerste mijn papier zo hoog mogelijk op gehangen, waardoor ik me helemaal uit moest strekken om er op te kunnen schilderen en schrijven.

Op dag 7 heb ik een beetje verder gewerkt aan het oude werk dat ik op dag 5 had verzameld, aangezien zowel de pandaposter als het haakwerkje nog lang niet af waren. Ik vond het leuk om dit weer op te pakken omdat het bij mijn alter ego (en ik nu) past om dingen af te maken, terwijl ik dat vroeger veel minder deed.